De Noord-Ierse vicepremier Martin McGuinness van Sinn Féin is maandag afgetreden in een ruzie over het beleid van zijn coalitiegenoot en chef, premier Arlene Foster van de Partij van de Democratische Unionisten (DUP). “Het is nu het moment om een einde te maken aan de arrogantie van de DUP”, zei McGuinness.
Hij eist nieuwe verkiezingen namens zijn partij. Sinn Féin (Wij Zelf) heeft Foster gevraagd op te stappen omdat ze verantwoordelijk zou zijn voor wanbeleid inzake duurzame energiewinning. Daarmee zou de regio van circa 1,8 miljoen inwoners een vermogen hebben verspeeld. Foster heeft echter geweigerd op te stappen.
“Als McGuinness een potje blufpoker wil spelen, als Sinn Féin een potje blufpoker wil spelen en verwacht dat ik aftreed dan hebben ze het mis. Als er verkiezingen komen, dan komen er verkiezingen en zullen we er klaar voor zijn, zoals de DUP altijd is. Voor de duidelijkheid , ik ga niet aftreden. Ik zal luisteren naar het electoraat en zeker niet naar Sinn Féin.”
Foster is van de Partij van de Democratische Unionisten (DUP), die de band met het Verenigd Koninkrijk zou nauw mogelijk wil houden. McGuinness is van de republikeinse Sinn Féin, die naar aansluiting bij de republiek Ierland streeft.
Verkiezingen
McGuiness heeft aangegeven dat zijn partij geen vervanger gaat zoeken en daarmee zou de regering dan over zeven dagen formeel gevallen zijn.
Verkiezingen in Noord-Ierland in de tijd dat Londen probeert uit de Europese Unie te treden, kunnen de politieke spanningen over de brexit verder opdrijven. De meeste protestantse partijen zijn voor een brexit, de meeste katholieke tegen.
Noord-Ierland grenst aan Ierland dat wel in de EU blijft. De meeste Noord-Ieren willen ook in de EU blijven omdat anders de grens zal worden en de economie daar flink onder zal gaan lijden. Tijdens het referendum stemde 56 procent van Noord-Ierland voor het handhaven van het lidmaatschap.